Daar waar ik voorheen vond dat de Laotianen eerder gerserveerd waren en afstand hielden in het noorden, ondervond ik hier duidelijk het tegenovergestelde. De mensen waren heel hartelijk en zag overal blije gezichten. Een motordriver deed me stoppen en bleek vrij goed Engels te kunnen praten. Hij stelde me voor zijn dorp te bezoeken waar hij leraar was. Ik kreeg een heel boeiene rondleiding door dit authentieke dorpje. Met hulp van de Europese Unie zijn ze er een nieuw schooltje aan het bouwen, een 'secondary school', het enige in de verre omstreek. Het huidige was 100% Laotiaans, grapte hij, alles uit hout, vaste banken en 'natuurlijke airconditioning'. Het interessante was dat in het schooltje kinderen van verschillende etnische groepen les volgen, allemaal met hun eigen taal en gebruiken. Maar de voertaal is in het Lao. Omdat vele kinderen ver van het schooltje wonen, blijven ze tijdens de week 'op kot', een klein hutje, amper 2x3m op de gronden van de school waar ze met 4 a 10 kinderen leven. 's Namiddags na school trekken ze allemaal ofwel het bos ofwel de rivier in, op zoek naar eten, hetzij planten, fruit, vogels, ratten, visjes, noem maar op. Deze mensen hebben een ongeziene kennis van de natuur. Maar hiermee wil ik ook maar aantonen hoe ongelofelijk arm het land is. Deze mensen buiten de steden hebben werkelijk niets, maar ze kunnen steeds rekenen op elkaar.
De vrouwen waren mooie stoffen aan het weven, de kinderen plukten wat heerlijk zoete tamarind vruchten, de mannen waren gaan jagen of waren manden aan het vlechten. De rijst was aan het stomen om er Lao Lao van te maken, rijstwijn. Boeiend om eens in een dorpje rond te lopen in plaats van er voorbij te rijden.
Later die dag gebeurde het opniew dat een motordriver me deed stoppen, terug wat Engels pratend, en liet me niet toe dat ik mijn tent zou slapen, aangezien het bos vol gevaarlijke dieren zit (volgens mij is dat bos volledig leeggeschoten, maar goed) en stelde voor dat hij meereed naar het volgende dorpje waar zijn neef woont, een verschrikkelijke helling verder. Kletsnat van het zweet kwam ik aan in het bescheiden dorpje van enkele hutjes. Zij waren van de Hmong-bevolking, die hun huizen op de grond bouwen ipv op palen. Ook daar warm ontvangen en lekker gegeten, na me gewassen te hebben aan het bronnetje.
In de kamer brandde 1 peertje die gevoed werd door een kleine generator in de rivier, een grote jaarrvoorraad rijst nam een groot deel van de kamer in. Slapen deden we op een rieten mat op een verhoog. Een heerlijk relativerende dag waar ik ondergedompeld werd in het echte Laos.
Na zwoegen, vloeken, duwen en rivieren doorsteken kreeg ik weer asfalt onder de wielen en lag de weg naar de Thaise grens voor me uit, het allerlaatste land op mijn tocht. Zonder problemen de grens overgestoken. Bij de eerste auto eens over de grens had ik nog net mijn vuist niet in de lucht gestoken dat hijj op zijn vak moest blijven. Hmmm, de verkeersborden staan hier ook aan de verkeerde kant, oeps, nog nen zot aan de verkeerde kant. Zee rijden hier blijkbaar links, een flinke aanpassing na ongeveer 17500km rechts gereden te hebben, maar paste me verrassend goed aan.
Ik zou de 16de afspreken met een Belg die in Thailand woont in Den Chai die met mijj de laatste kms zou afleggen. Door de slechte wegen van de laatste dagen was ik ver achter om er te geraken. Ik besloot na donker door te rijden, iets wat ik normaal nooit doe, de lampen op en nog wat kms rijden. Ik maakte goed vaart toen plots, uit het niets een man vlak voor mij opdook, uitwijken kon niet meer, zelfs remmen had geen zin meer. Een harde botsing was het gevolg. Ik vloog over mijn stuur op het harde asfalt, en had gelukkig mijn helm op. Even bleef ik liggen, bevend stond ik op, en had niets ernstigs, enkel een stuk vel van de elleboog en een blauwe plek op de heup, zou later blijken. Ik ging naar de man, die nog steeds in de kant lag, hielp hem rechtop en zag dat zijn oog aan het bloeden was. Ik vroeg een ambulance te bellen aan de omstaanders, maar dat was reeds gebeurd. De omstaanders hadden meer interesse in mij, mijn lengte, mijn fiets dan in de arme man, terwijl ik me ernstig zorgen maakte in hem. Hij vroeg 1000 baht (25euro) voor de kosten. Aangezien ik nog geen geld had afgehaald, kon ik die nog niet geven. De ambulanciers hadden bij een snelle controle gezienn dat het niet ernstig was, een snijwonde in het ooglid. Ze stelden voor om de fiets in de ambulance te steken en zo naar het hospitaal te rijden, dit hadden we nog niet gehad.
In het hospitaal mocht ik mee naar de spoed waar de man werd verzorgd en fotos werden genomen. Ondertussen werden formulieren ingevuld en ik haalde geld af.
De ambulancier stelde voor mijn tent in zijn tuin te zetten, maar bedacht dan dat hij 5 honden heeft, en bracht me bij zijn buurman, die een erg sympathiek, inspirerend en geleedr persoon bleek te zijn, die ook nog eens goed Engels sprak. Ik mocht meteen in zijn nieuw huis slapen in een prachtige logeerkamer. De ambulancier bracht intussen de man terug naar huis, toen bleek dat niets gebroken was. Mijn uiterst lieve gastheer en zijn bevallige vrouw stelden voor of ik wifi kon gebruiken, ik maakte daarvan gebruik om naar mijn Belgische fietser te bellen dat ik waarschijnlijk een daje later ging zijn. Bleek dat ook hij een ongeluk heeft gehad de dag ervoor waardoor hij besloot niet meer mee te fietsen, hoewel hij er volledig klaar voor was. Jammer ik had er nochtans naar uitgekeken. Maar wat een echt MIRAKEL dat dit ongeluk slechts zulke kleine gevolgen heeft gehad!!!
Intussen geniet ik heel erg van Thailand, een waar paradijs om te fietsen (tijdens daglicht) en geniet ik van de erg vriendelijke mensen, en vooral van het rijke aanbod eten. Het pijltje van mijn kompas staat intussen vrijwel onveranderlijk naar het zuiden gericht en ben in rechte lijn naar mijn eindbestemming aan het rijden, waar ik de 26 of 27de denk aan te komen.